Afbeelding

Uut het Wald | Schoonmaken

Algemeen

Schoonmaken

Het kwam nogal eens voor, dat Tante Lijs op vrijdag rond twaalf uur mijn liefste belde en informeerde: "He'j 't vri-jdagswark al daon?" Om vervolgens verbaasd te reageren op de mededeling dat zulks (nog) niet het geval was. Zijzelf had immers een uur daarvoor het huishoudelijke werk al afgerond...

Het is nog niet zo gek lang geleden dat ieder huis elke week een flinke schoonmaakbeurt kreeg. Het huus schone maken heette dat. An de kante maken of rein maken werd ook wel gezegd. Of klaor maken. Maar soms hoorde je nog heel andere termen voor deze wekelijkse klus. Zo sprak men in Bredevoort over relleken, terwijl Winterswijkers het oprelleken noemden. Enkele andere, nog veel oudere Achterhoekse woorden zijn (op)haegen, uutkeren of raggelen.
Het schoonmaken gebeurde altijd op een vaste dag in de week. Vaak op vrijdag, zeker als het alleen het huishoudelijke werk betrof. Vandaar dat Tante Lijs (die in Varsseveld woonde) het over vri-jdagswark had. Elders, bijvoorbeeld in Hengelo en Geesteren, sprak men over vri-jdag hollen.

Zaoterdag hollen kon natuurlijk ook. Dan werd de laatste dag van de week gebruikt voor de schoonmaak. Maar het zaoterdagswark betrof meestal niet alleen het huis. Op die dag werd ook 'buten umme' alles netjes gemaakt. En ach, eigenlijk is er niet zo gek veel veranderd. Want als het 's zomers een beetje mooi weer is kun je tegenwoordig niet in je tuin zitten vanwege het helse lawaai van motormaaiers en bladblazers. Zaoterdag hollen doen we nog steeds. Alleen noemen we het niet meer zo.

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant