Ontwerp-bestemmingsplan Steenderen, herziening bedrijfsterrein Aviko
BRONCKHORST - Vereniging Bomenbelang Bronckhorst verstuurde dit weekeinde zienswijzen naar de gemeente Bronckhorst en het college van Gedeputeerde Staten van Gelderland met betrekking tot de bouw van een immens vrieshuis aan de rand van Steenderen. De kern van de betogen is simpel maar ook betreurenswaardig: Aviko denkt het vrieshuis weg te kunnen werken met het planten van bomen en struiken. Echter had Aviko dan samen met de gemeente Bronckhorst al jaren geleden moeten beginnen met het planten van grote hoeveelheden bomen op forse afstand van de geplande nieuwbouw, maar zelfs dat zorgt er niet voor dat het grootste deel van het gebouw prominent in het zicht blijft. Hieronder is weergegeven de ingezonden zienswijze naar de gemeente Bronckhorst.
Geachte leden van de gemeenteraad,
Ondergetekende bestuursleden van Vereniging Bomenbelang Bronckhorst maken ernstig bezwaar tegen de aantasting van het landschap rond Steenderen door de uitbreiding van het bedrijfsterrein van Aviko met een vrieshuis van 35 meter en een breedte van 95 meter. Als u en Aviko de omwonenden serieus nemen en werkelijk oog hebben voor het belang van een fraai landschap, dan kiest u beiden voor een nog steeds buiten proporties compromis waarbij de nieuwbouw niet hoger wordt dan 27 meter. Maar ook in dat geval is de voorgestelde groenstructuur om het gebouw én in de omgeving volstrekt onvoldoende.
De breedte van het vrieshuis is 95 meter wanneer je haaks op het gebouw kijkt. Wanneer je onder een hoek van 45 graden kijkt (zoals op de linker fotomontage) zie je echter twee gevels en wordt het een gebouw van circa 120 meter breed.
Met de landschappelijke inpassing, die in het ontwerp-bestemmingsplan is opgenomen, kan dit gigantische gebouw niet 'weggeplant worden'. In dit citaat uit de toelichting op het ontwerp-bestemmingsplan (paragraaf 5.3, bladzijde 34 e.v.) geven het college van B & W en Aviko dat zelf ook toe:
"Vanuit het aangrenzende landschap zal het 'warehouse' vanuit verschillende standpunten zichtbaar zijn en blijven. […] Het bovenste deel van het 'warehouse' zal, afhankelijk van de waarneempositie, in het landschap zichtbaar blijven."
Snelgroeiende bomen zijn na 30 jaar maximaal 25 meter hoog. Bij een vrieshuis van 35 meter hoog en een zichtbare gevellengte van 120 meter blijft dus altijd, tot in lengte van jaren, een strook van 35 min 25 is 10 meter hoog en 120 meter lang zichtbaar. Dit is een oppervlakte van 1200 m2 gevel, hoog in de lucht en prominent in het silhouet van Steenderen, die ook na 30 jaar nog steeds boven de bomen uitsteekt! Dat het college van B & W zich neerlegt bij deze definitieve situatie, vinden we ongekend. Het college noemt dit "een voldoende landschappelijke inpassing".
Daarom verzoekt Vereniging Bomenbelang Bronckhorst u als lid van de gemeenteraad het ontwerp-bestemmingsplan op twee punten aan te passen:
1) De maximale bouwhoogte bedraagt 27 meter.
Aan Aviko is de keus om bij een maximale bouwhoogte van 27 meter het gebouw breder te maken, maar men kan ook bij dezelfde gebouwafmetingen een deel van circa 8 meter in de grond bouwen. Hierbij staat veruit het grootste gedeelte van het gebouw boven de grond, en is er dus zoveel gewicht dat dit de zogenaamde 'opwaartse druk van het grondwater' (een eerder door Aviko genoemd bezwaar) gemakkelijk compenseert. Deze optie is voor Aviko maar beperkt duurder.
2) De landschappelijke inpassing verbeteren.
Gebleken is dat de landschappelijke inpassing van het vrieshuis, zoals die nu is opgenomen in het bestemmingsplan, gebaseerd is op uitsluitend het gebruik van de (toevallig) in bezit van Aviko zijnde gronden. Ook gebleken is dat het landschappelijke inpassing die nu in het ontwerp-bestemmingsplan is opgenomen, niets is gewijzigd t.o.v. het eerste plan van maart 2014 (rapport Landschapsanalyse, Aviko/Arcadis).
Alle suggesties en voorstellen van de 63 insprekers op het voorontwerp-bestemmingsplan, alsmede het voorstel van Het Steenders Landschap om het landschapsplan aan te vullen met extra beplantingselementen op grotere afstand van het vrieshuis hebben niet geleid tot aanpassing van het landschapsplan.
Het huidige landschapsplan voldoet ook niet aan de eigen welstandscriteria die het college van B & W hanteert:
"Beplanting zodanig situeren dat zichtlijnen op de bedrijfsgebouwen effectief worden doorbroken. Aandacht voor zichtlijnen vanaf de directe omgeving en zichtlijnen vanaf grotere afstand, voor zover deze niet door andere bebouwing of beplanting wordt doorbroken."
Het inpassingsplan van Aviko voldoet allerminst aan dit criterium, zoals met één blik op de kaart van het landschapsplan is te zien: aan meerdere zijden van het gebouw zijn geheel geen afschermende beplantingselementen in het plan opgenomen. Het ontwerp-bestemmingsplan is op dit onderdeel dus onvoldoende.
Om wel aan dit criterium van de eigen gemeentelijke Welstandsnota te voldoen zal het te beplanten oppervlak drastisch moeten worden uitgebreid en zullen er ook beplantingselementen op grote afstand van het vrieshuis gemaakt moeten worden: hoe hoger het af te dekken gebouw, hoe verder de beplanting van dat gebouw af moet staan.
U als lid van de gemeenteraad kunt het ontwerp-bestemmingsplan aanpassen:
1. De grenzen van het bestemmingsplan vergroten om ruimte te maken voor een deugdelijke landschappelijke inpassing van het vrieshuis.
2. In het bestemmingsplan een extra strook beplanting met een diepte van circa 75 meter aan de zuid-oostzijde van het plangebied, langs de bocht in de nieuwe ontsluitingsweg te bestemmen; in het huidige plan is daar geen enkele afschermende beplanting voorzien (omdat Aviko blijkbaar die grond toevallig niet heeft gekocht).
3. In het bestemmingsplan een extra strook beplanting van circa 75 meter diep ten noorden van de huidige Dolfingweg, tussen de dr. A. Ariënsstraat en de geplande rotonde te bestemmen; ook daar is in het huidige plan geen enkele afschermende beplanting voorzien.
4. Het bestemmingsplan uitbreiden met extra afschermende beplantingselementen op grotere afstand. Het college van B & W wil deze extra beplanting niet bestemmen en stelt dat deze gerealiseerd moeten worden in overleg met de betreffende grondeigenaren.
Gezien het grote belang van de afschermende beplanting voor zeer veel omwonenden en passanten is het niet acceptabel om de realisatie daarvan afhankelijk te maken van de vrijwillige medewerking van toevallige grondeigenaren. Slechts de deugdelijke bestemming van de daarvoor benodigde gronden schept voldoende (rechts)zekerheid dat deze belangrijke beplantingselementen gerealiseerd zullen worden.
Wij willen graag in een openbare hoorzitting dit standpunt toelichten.
Hoogachtend,
Vereniging Bomenbelang
Cees van der Jagt, voorzitter
Peter Bielars, secretaris