'Vrijheid is het hoogste goed'

Toen ik in het kader van de bezoekregeling voor de zevende keer bij ma in het verzorgingshuis kwam, viel me op dat ze rustiger was. “De pedicure is geweest,” vertelde ze blij, “die droeg een roze mondkapje en roze plastic handschoentjes. Zo vrolijk!” Ze keek me aan. “Nu de kapper nog.”
Met knipjes probeerde ze al wekenlang om er toonbaar uit te zien.

Opeens ging het snel, werd er voor de afdeling van het verzorgingscentrum waar onze moedertje woont toch meer maatwerk geleverd qua bezoekregeling. In principe mocht een vaste bezoeker elke dag 's middags tussen 13.30 en 16.30 uur komen. Een verademing.

Ik borg de schone was die ik bij me had op, verschoonde hand-, thee- en vaatdoek, zette thee en serveerde haar met gestrekte arm het gebakje dat ik meebracht. Terwijl we gemoedelijk praatten en ik opperde dat ze voor het eerst sinds alle bezoekjes rustig overkwam, dacht ze even na en sprak bedachtzaam: “Mijn vader zei altijd 'Vrijheid is het hoogste goed'. Die vrijheid werd de bewoners van verpleeghuizen – zonder de bewoners en hun familie ook maar iets te vragen – van de ene op de andere minuut afgenomen en toen werd het hier een bewaarschool. Lockdown, ja, maar een intelligente lockdown, daar kun je je vraagtekens bij zetten.”
Het liefst wil ze over die tien eenzame weken niet meer denken. “Maar dat is niet gemakkelijk, want de angst zit diep in me. Heel soms voel ik me weer de oude, dan heb ik mijn oude ik weer terug, zoals nu.”

Nog even hadden we het over de achterliggende, dramatische periode waarin ze zich lichamelijk en geestelijk maar net overeind wist te houden. “Ik voelde me in een bootje op een stille oceaan, met enkele matrozen waarbij ik me wel veilig voelde, maar waarvan ik niet altijd wist wanneer ze dienst hadden.”
En ze sprak over reddingsboeien: de kinderen die skypeten, de vrienden en vriendinnen van de kinderen die kaarten stuurden, de pastor die zo trouw belde, heimweeprogramma’s op tv en de gedichten die ze uit het hoofd leerde. “Zo bijzonder, die keren dat ik de tekst van 'Pastorale' uit het hoofd leerde, hoorde ik Liesbeth List en Ramses Shaffy zingen en was het al die keren of ik ergens in het heelal zweefde. Dat was heerlijk, daar voelde ik me vrij.”

''k Hou van je warmte op mijn gezicht
Ik hou van de koperen kleur van je licht
Ik geef je water in mijn hand
En schelpen uit het zoute zand
Ik heb je lief, zo lief'

Opeens ging het snel. Vanaf 15 juni mag er ook een tweede vaste bezoeker komen en is de bezoektijd per dag verder verruimd. Dan gaat ook een van de andere kinderen langs de poortwachtster die in rustige momenten breit aan fleurig breiwerk en je door het zien daarvan laat vergeten dat je bij binnenkomst toch een soort van burcht betreedt.
Vanaf de vijftiende, dan mag ook de kapper binnenkomen.

Reageren?
jgruwel@hetnet.nl