Het was er zaterdag rond het middaguur druk bij de verkoopwagens van vis en Vietnamese snacks tegenover de Dorpskerk. Foto: Jan Hendriksen
Visje en
loempia blijven in het centrum
Gemeente trekt voorgenomen verplaatsing verkoop- wagens naar De Bleek in
Door Jan Hendriksen
VORDEN - De Vordenaren en de toeristen en andere passanten kunnen hun harinkje en hun portie kibbeling, hun Vietnamese loempia of hun braadworst gewoon blijven halen op de plek waar ze dat gewend waren: tegenover de ingang van de Dorpskerk. De gemeente Bronckhorst is teruggekomen op het voornemen de standplaats voor de verkoopwagens te verplaatsen naar De Bleek. De reacties op dit plan waren dan ook niet mals.
De mededeling van de gemeente Bronckhorst over de verplaatsing van de standplaats riep een vloedgolf aan tegenstand op. Niet alleen bij de ondernemers zelf, die in eerste instantie niet eens gekend waren in de voorgenomen verandering. Maar ook bij het Vordense publiek en op sociale media. Er werd zelfs spontaan een petitie gestart om de standplaats op die plek te behouden.
Naar aanleiding van al die reacties besloot het college van burgemeester en wethouders het voornemen vorige week in te trekken en met een aantal van de betrokkenen te gaan bekijken welke oplossing kan worden gevonden voor de ‘overlast’. Want dat was voor de gemeente Bronckhorst reden voor de verplaatsing van de standplaats.
De verkoopwagens veroorzaken volgens de gemeente op de huidige locatie geur- en parkeeroverlast voor de omliggende horeca en Dorpskerk. “Daarom wilden we ons standplaatsenbeleid voor Vorden aanpassen."
"In ons beleid voor standplaatsen staan de vaste locaties voor verkoop in Bronckhorst. Voor de kern Vorden is dat de locatie Dorpsstraat parkeerterrein nabij Kerkstraat 2/4. In de praktijk nemen verkopers een standplaats in voor de ingang van de kerk. De kerk heeft hierdoor tijdens diensten, trouwerijen, begrafenissen en tentoonstellingen geuroverlast”, zo liet de gemeente Bronckhorst op haar website weten.
‘De
verplaatsing
zou een
aderlating voor
Vorden zijn.
Het geeft
zoiets als ‘niet
welkom’
Geen verbanning
Het Vordense publiek dacht daar echter totaal anders over, zo was afgelopen zaterdag te beluisteren. “Ik vind dat deze standplaats in de dorpskern hoort en niet verbannen mag worden naar een plek achteraf. Wees tolerant”, aldus Egbert Kool die al vele jaren wekelijk zijn visje bij Vishandel F.J. Ruizendaal haalt. Het Spakenburgse bedrijf staat al meer dan dertig jaar elke week in Vorden. Medewerker Rico Ruizendaal laat weten dat hij ook overstelpt werd met positieve reacties. “Vorden wil massaal dat we op deze locatie blijven staan. Gelukkig is de gemeente teruggekomen op haar besluit om de standplaats te verplaatsen. Het zou ongetwijfeld tot inkomstenderving hebben geleid. Want dit is een prachtige zichtlocatie. Zeker in de zomerperiode profiteren we ook van de vele toeristen die het centrum van Vorden aandoen.”
Rekening
Vincent uit Zutphen, die elke zaterdag met zijn verkoopwagen van Vietnamese snacks in Vorden staat, onderschrijft de woorden van Rico Ruizendaal. “Ik kan mij niet voorstellen dat we voor veel overlast zorgen. En mocht er een uitvaart of trouwpartij vanuit de Dorpskerk plaatsvinden dan houden we daar zeer zeker rekening mee. Maar dat is in al die jaren dat ik nu in Vorden van de partij ben nog maar een aantal keren voorgekomen.”
Levendigheid
Een Vordense die anoniem wil blijven omdat ze politiek actief is binnen de gemeente Bronckhorst laat weten dat in een toeristisch dorp als Vorden dit soort verkoopkramen in het centrum behoort te staan en niet op een achteraf parkeerplaats.
”De kramen horen bij het dorpsbeeld. Het geeft aanloop en gezelligheid. Aanloop waar ook andere ondernemers in de kern iets aan hebben. Verbannen naar een plek buiten het centrum zorgt ervoor dat de kramen uit het oog verloren worden.”
Eén van de 339 ondertekenaars van de petitie ‘Behoud van de eetkramen in de dorpskern van Vorden!’, die door Wim van Belzen was opgestart, liet weten dat de verkoopplaats in het centrum van Vorden thuishoort en voor levendigheid zorgt: “De verplaatsing zou een aderlating voor Vorden zijn. Zowel voor leefbaar Vorden, als voor de ondernemers. Het geeft zoiets als ‘niet welkom’.”