Wethouder wankelt maar blijft in het zadel met Sportagenda
HENGELO - De positie van wethouder Evert Blaauw wankelde donderdag laat op de avond tijdens de raadsvergadering. Aan de orde was de vaststelling van de Sportagenda van Bronckhorst. De wethouder wordt verweten dat hij in de afgelopen jaren nauwelijks voortgang heeft geboekt op het dossier en dat hij zo de sportverenigingen laat bungelen. In de vergadering zei hij nog tot de aan de zomer nodig te hebben om duidelijk te krijgen bij de betrokken partijen, met name de verenigingen, wat de richting moet worden voor het sportbeleid in de gemeente.
Door Henk Klein Holte
Voor D66 reden genoeg om na een lange vergadering, ruim na middernacht, een motie van wantrouwen in te dienen tegen Blaauw. “We zijn hier al een hele tijd mee bezig, maar dit is de druppel. Met zijn reactie geeft de wethouder aan geen begrip te hebben voor de positie van de sportverenigingen en ook niet voor die van de raad. Het is niet het eerste dossier waarbij we moeite hebben met zijn optreden”, sprak Jan Engels namens de fractie van D66. “Ik vraag me oprecht af waarom als wij als raad binnen een week, weliswaar niet volledige, kaders kunnen neerleggen, hij tot de zomervakantie nodig heeft om met kaders te komen. Ik vind dat absurd en ik kan uw reactie haast niet anders begrijpen dan als een werkweigering.”
Luuk Preijde van de PvdA steunde – net als het CDA - de motie van D66 en oordeelde hard over het optreden van de wethouder. “Een hele avond praten we over dit onderwerp, door u zonder uitzicht op iets moois. U doet de sport niets goeds; het is niet neutraal; u sloopt ze.”
De motie werd niet door een meerderheid van de raad gesteund. Elf van de 25 raadsleden stemden voor, waarmee de wethouder mocht blijven zitten. GBB steunde de eigen wethouder. “Dit speelt al veel langer, ook de vorige colleges hebben deze handschoen niet opgepakt”, zo verwoordde Marcel Westerink zijn steun namens Gemeentebelangen Bronckhorst. “In deze sportagenda moeten wij richting geven waarmee straks duidelijke kaders kunnen worden opgesteld.”
Ulrike ter Braak ging met de fractie van GroenLinks ook niet mee: “Er worden grove woorden gebruikt richting de wethouder. Maar de oorzaak ligt deels ook bij ons, de gemeenteraad.”
Wilko Pelgrom (CDA) vroeg zich even eerder al af of de wethouder wel een handreiking wilde doen of juist in het verzet zat. Preijde (PvdA) vroeg de wethouder op de man af: “Ziet u het nog wel zitten, dit werk, meneer de wethouder? Want het wordt alleen maar erger. En wij overleven het wel, maar al die verenigingen die overleven het niet.”
Blaauw vond dat december geen realistisch tijdspad is om de reacties van alle stakeholders te verzamelen. De voorliggende concept-sportagenda biedt volgens hem voldoende richting om verdere stappen te zetten en wil graag in december met de raad het gesprek aangaan. "Ik maak graag de tijd ervoor vrij om daar met u over te praten. Maar voor een heldere koers met duidelijke richtlijnen is er meer tijd nodig.”
Bronckhorst ontbeert sportbeleid. Het voorstel voor de Sportagenda, een eerste kleine stap in die richting, werd uiteindelijk met minimaal verschil aangenomen. Dat betekent dat er nu wel richtlijnen zijn waarmee de wethouder de gesprekken met de verenigingen kan aangaan; om te gaan bekijken hoe de clubs toekomstbestendiger te maken en te bepalen welke stappen er moeten worden gezet om te komen tot accommodaties die daar bij horen.