Het vrieshuis van Aviko blijft de gemoederen bezighouden. Foto: Rudi Hofman
Het vrieshuis van Aviko blijft de gemoederen bezighouden. Foto: Rudi Hofman

Kou rond vrieshuis Aviko niet uit de lucht

STEENDEREN/DEN HAAG - Het ruim een meter dikke dossier over het nieuwe vrieshuis van Aviko in Steenderen kan nog niet de ijskast in. Woensdag dient bij de Raad van State een hoorzitting waarin een echtpaar dat nabij de vrieshuislocatie woonde een grote stap richting schadevergoeding hoopt te zetten.

Door Rudi Hofman

Namens het echtpaar vraagt gemachtigde Paul Kok de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State om een zogeheten verklaring voor recht. Als dit verzoek wordt gehonoreerd, kunnen de appellanten een civiele procedure tegen de gemeente Bronckhorst beginnen. Volgens Kok heeft het handelen door de gemeente - en daarna door Aviko - geleid tot een ‘onredelijke en ernstige waardevermindering van hun woning’. Deze heeft het stel om onbekende reden moeten verkopen.

Bronckhorst keurde in 2016 een bestemmingsplanwijziging goed die de komst van het 35 meter hoge vrieshuis mogelijk maakte. Kok bestrijdt de rechtsgeldigheid van dit besluit. Ten eerste voert hij aan dat de gemeente de mening en belangen van burgers niet heeft gehoord noch meegewogen. Dit heeft een zegsman van de gemeente op 14 maart 2017 erkend tijdens een eerdere hoorzitting bij de Raad van State.

Ten tweede stelt Kok dat het door ingenieursbureau Arcadis opgestelde rapport ‘Verkeer & Parkeren Aviko BV’ uit 2017 niet door de opdrachtgever, gemeente Bronckhorst, is getoetst. Waar Aviko aangaf dat het aantal vervoersbewegingen na de bouw van het vrieshuis per etmaal maximaal 242 zou bedragen, dreigen dit er in werkelijkheid pakweg 750 te worden, aldus Kok. Hij acht het onwaarschijnlijk dat de gemeente handhavend gaat optreden als Aviko de limiet van 242 vervoersbewegingen overschrijdt.

Ten derde haalt Kok een in oktober 2003 door de Raad van State gedane uitspraak aan: ‘Niet in geschil is dat Aviko nu reeds, maar zeker na de voorziene uitbreiding, in wezen te groot is voor een lokale kern als het dorp Steenderen'. De toenmalige gemeente Steenderen - die later is opgegaan in Bronckhorst - en de provincie Gelderland hebben deze ‘vernietigende uitspraak' genegeerd, aldus de gemachtigde.

Paul Kok woont zelf in het stadje Bronkhorst op ruim 1200 meter afstand van het vrieshuis. Op persoonlijke titel zegt hij: "Het is in feite horizonvervuiling, die grote grijze doos in het landschap. Ik heb op zich geen moeite met Aviko, maar wel met de feodale wijze waarop Aviko opereert. Het bedrijf is Steenderen al lang ontgroeid en zou bijvoorbeeld binnen een termijn van 25 jaar gefaseerd naar een bedrijventerrein aan de snelweg moeten verhuizen. Op deze wijze is er geen enkele sprake van kapitaalvernietiging."

Bronckhorst heeft zich volgens Kok veel te makkelijk geschikt naar de wensen van Aviko en zich door het bedrijf met behulp van Arcadis op het verkeerde been laten zetten. Als voorbeeld noemt hij de bewering van Aviko en Arcadis dat het vrieshuis alleen bedoeld is voor de opslag van in Steenderen gemaakte producten.

Kok: "Nonsens. Zestig procent komt van productielocaties in Limburg, België en Duitsland. Dit zorgt na corona voor een enorme toename van het aantal vervoersbewegingen. De 25 meter langere en zwaardere vrachtwagencombinaties (LZV’s) denderen straks allemaal door kernen als Baak, Toldijk, Leuvenheim en Eefde. LZV’s behoren op snelwegen te rijden en niet op B-routes zoals in onze omgeving door dorpen en op volstrekt ongeschikte wegen met rotondes. Dit vrieshuis is gewoon veel te groot en had hier nooit gebouwd mogen worden."

De gemeente Bronckhorst laat weten niet te reageren, 'want de gemeente is formeel geen partij in deze zitting. Deze zitting betreft het verzetschrift van meneer Kok tegen uitspraak Raad van State'.