Vertrouwen

Soms is het vertrouwen helemaal weg. Door het geharrewar in Den Haag – zeven maanden na de verkiezingen is er nog geen kabinet – raken veel mensen het vertrouwen in de politiek kwijt. Ook het vertrouwen in anderen kan soms een flinke deuk krijgen, doordat een ander niet eerlijk tegen je is. En dan is er ook nog het vertrouwen in jezelf, dat behoorlijk onder druk kan staan. Je vraagt je af: ‘Kan ik dat eigenlijk wel, wat er van mij verwacht wordt? Ben ik wel goed genoeg?’

Een gebrek aan vertrouwen werkt ontwrichtend en maakt dingen kapot. We zien het in Den Haag gebeuren, maar ook in onderlinge relaties. Als je de ander niet vertrouwt, houdt het al snel op en kun je niet meer met elkaar verder. Als je geen vertrouwen hebt in jezelf, dan wordt het leven er niet gemakkelijker op. Een gebrek aan zelfvertrouwen werkt belemmerend. Je durft niet goed de stappen te zetten die je eigenlijk graag zou willen nemen.

Er kunnen zoveel redenen zijn waarom dat vertrouwen er niet meer is. Misschien hebben je ouders je vroeger niet geleerd dat je ook op jezelf kunt bouwen, dat je best dingen zelf kunt. Of al te vaak zijn de dingen die je ondernam, mislukt. Het is niet gemakkelijk om het vertrouwen terug te krijgen.

Geloven en vertrouwen, in sommige talen horen die woorden bij elkaar. En dat klopt ook wel, denk ik. Als je vertrouwen weg, is het geloof in de ander, in jezelf, in de politiek en wat dan ook weg. Je gelooft het wel, of eigenlijk je gelooft het alle maar niet meer. Wat kan helpen om iets van je zelfvertrouwen terug te vinden, zo geloof ik, is dat anderen in jou geloven. We hebben het nodig dat er anderen zijn die tegen ons zeggen: ‘Wij zien jou en we geloven dat je het in je hebt, je kunt het en vooral je bent goed zoals je bent.’

is niet geloven dat alles automatisch goed komt, want dat is lang niet altijd zo, helaas. Vertrouwen is wel geloven dat je het kunt en dat je ertoe doet. Vertrouwen is geloven dat je in je een kracht hebt waarop je kunt bouwen.