God liefhebben en je naaste als jezelf!

De titel van deze column is één van de iconische uitspraken van Jezus. Hij is binnen de kerk zo bekend, dat we de bijzonderheid ervan niet meer voelen. God, de ander en jezelf liefhebben gaan gelijk op. Het gaat niet alleen om God, niet alleen om de ander en zeker niet alleen om jezelf! Dat laatste wil ik maar eens benadrukken, omdat we in onze tijd vooral horen, dat ik mezelf moet ontplooien, doen wat goed is voor mij, een bucket-lijst moeten afwerken, wat ik allemaal nog wil. De grote nadruk op mijzelf als individu gaat ten koste van het geheel, van het hele systeem, waarmee ‘ik’ verbonden ben. God staat dan ook voor wat groter is dan wij bij elkaar, boven ons, om ons heen, Alles.

In de bijbel staat een verhaal, dat bijna net zo bekend is, als de woorden van Jezus hierboven: het verhaal van de Barmhartige Samaritaan. Er is een man neergeslagen, die aan de kant van de weg met pijn ligt te creperen. Een paar mensen van de kerk komen voorbij, maar doen net of ze hem niet zien; maar die Samaritaan ziet de man wel en verzorgt hem met liefde! Uitgerekend iemand, op wie men toen neerkeek, deed, wat je als mens moet doen! Een wetgeleerde, zo begint het verhaal, stelt een ‘interessante vraag’: Wie is mijn naaste? Daarover kunnen ook wij over discussiëren! Wie helpen we wel en wie niet? Maar Jezus zegt heel kort en krachtig: Doe zoals de Samaritaan doet! Dan laat je zien, dat je de ander en dus ook God liefhebt (en daarmee ook jezelf)!

De vraag is eigenlijk niet: wie is mijn naaste? Maar voor wie blijk ik een naaste te zijn? In het verhaal blijkt de Samaritaan de naaste te zijn voor de neergeslagen man. Wie ontroert mij? Wie vraagt mijn hulp? Wie doet een beroep op mij? Heb ik daar wel (genoeg) oog voor?

In deze column wil ik het begrip ‘naaste’ veel breder maken, dan alleen een ander mens. N.a.v. diepe bezorgdheid om de aarde heb ik het begrip naaste zo uit leren leggen, dat naasten niet alleen onze medemensen zijn, maar alles wat leeft van Gods adem!! Als de aarde op apegapen ligt, terneergeslagen ligt door overstromingen en hittegolven, als dieren uitsterven, zeeën dood gaan aan plastic, de biodiversiteit bedreigd wordt, dan zijn zìj de neergeslagen man uit ons verhaal, die verlangt naar ons als naaste, die onze zorg nodig heeft. Tenslotte: Ubi caritas et amor, ibi deus est: waar barmhartigheid is en liefde, daar is God.