Grotere overlevingskans voor reekalveren op landgoed Hackfort in Vorden

VORDEN - Dit voorjaar is een samenwerking tot stand gekomen tussen de Stichting Kenniscentrum Reeën en Vereniging Natuurmonumenten om samen kennis en kunde te delen met als doel: meer reekalveren redden op landgoed Hackfort in Vorden. 

Herzo van der Wal en Peter Haas van Kenniscentrum Reeën vliegen al jaren met natuurdrones om wild op te sporen voordat landbouwmachines het hoge gras door gaan. Door middel van een warmtecamera onder de drone zijn reekalveren goed te zien vanuit de lucht, daar waar ze anders onopgemerkt blijven en het risico lopen om het leven te komen door een maaimachine. 

Al jaren lopen boswachters en vrijwilligers van Natuurmonumenten eigen percelen voor die gemaaid gaan worden. Een tijdrovende en niet altijd even betrouwbare klus. Bovendien is het niet altijd even werkbaar voor een derde partij om afhankelijk te zijn van dit voorlopen. 

Harm Peter de Vries van Natuurmonumenten maakte de samenwerking officieel. Samen met Guus Ebenau, boswachter van landgoed Hackfort, kregen boswachters een korte demonstratie van de natuurdrone. Op het stukje land van de demonstratie werden vier ganzen waargenomen. Ook was men onder de indruk van het duidelijke beeld van de vegetatie na inzoomen van het normale 4K beeld van de drone. 

Natuurmonumenten is nu in gesprek met haar pachters dat zij, voordat ze gaan maaien op landgoed Hackfort, gebruik kunnen maken van de natuurdrone. De vereniging zal daarbij de onkosten voor haar rekening nemen. De boswachters en het Kenniscentrum hopen dat velen hiervan gebruik willen maken. 

Lokaliseren
In het seizoen dat de meeste reekalveren in het lange gras worden gelegd door de reegeit (mei-juni) zal ’s ochtends vroeg gevlogen worden boven het bewuste maaiperceel. Mochten er reekalveren worden aangetroffen, dan wordt hier een mand overheen geplaatst met een vlag erbij, zodat eromheen gemaaid kan worden. Het maaien moet dezelfde ochtend gebeuren, waarna de mand weer weggenomen kan worden. De locaties waar reekalveren worden aangetroffen dienen geregistreerd te worden, aangezien een reegeit vaak een jaar later naar dezelfde plek terugkomt om volgende reekalveren neer te leggen.

Eerder werden reekalveren opgespoord door te voet een perceel af te gaan, ook wel met honden. Dit is een tijdrovende klus, een drone doet dit sneller, zeker als vooraf de route al is geprogrammeerd. Ook is gebleken dat de drone meer jonge dieren op kan sporen, zoals hazen of nesten van vogels. Er zijn ook ontwikkelingen in landbouwmachines die zelf reekalveren detecteren en ontwijken, maar dit vraagt om flinke investeringen van de boer. Daarbij vergeleken vallen de kosten van het vliegen met de drone in het niet, mede omdat dit gebeurt door vrijwillige piloten en waarnemers. Ook voor andere percelen van de pachters is het dus interessant om de natuurdrone in te zetten. 

Samenwerking
Door deze samenwerking hoopt men dat er meer mensen enthousiast raken, waardoor een vloedgolf van reddende acties zullen ontstaan. Met als gevolg meer overlevende reekalveren, meer ervaring en ontwikkeling tijdens het drone vliegen, en hopelijk ook meer vrijwilligers, waardoor op nog meer locaties gevlogen kan worden.

Meer weten? Kijk op www.natuurdronenetwerk.nl en kies voor ‘aanvragen’. Meer informatie is ook te lezen op www.over-reeen.nl/leefomgeving-verbeteren/maaien-voor-biodiversiteit.