De Boschbocht, de enige plek langs circuit De Varsselring waar afgelopen weekend tijdens de wegraces publiek was toegestaan. Foto: Luuk Stam

De Boschbocht, de enige plek langs circuit De Varsselring waar afgelopen weekend tijdens de wegraces publiek was toegestaan. Foto: Luuk Stam

Alles komt samen in de Boschbocht

Algemeen

Maximum aantal van 750 toeschouwers bij wegraces in Hengelo

Door Luuk Stam

HENGELO – Ze waren er al om iets over acht deze zondagochtend. De baancommissarissen stonden nog niet eens op hun post toen de Hengelose vrienden Michel Decanije (33) en Sven Tabor (31) hun stoeltjes al hadden uitgeklapt. Alles om zeker te zijn van hun vertrouwde plek. Hier in het weiland zitten ze altijd tijdens de traditionele wegraces op de Varsselring, maar deze zondag is alles net even anders. 

Normaal kunnen de bezoekers van de wegraces zich langs het gehele bijna vijf kilometer lange circuit bewegen. Vanwege de coronamaatregelen mag de organiserende Hengelose Auto- en Motorvereniging (Hamove) dit keer niet meer dan 750 mensen toelaten. Zij moeten een geldig coronabewijs kunnen laten zien en kunnen enkel toekijken vanuit de Boschbocht. Hier is een tribune opgesteld, is catering aanwezig en zijn de races te volgen via een videowall. 

Waar heel wat bezoekers gebruikmaken van de tribune, hebben velen ook hun eigen klapstoeltjes meegenomen. Had de organisatie ervoor gekozen om meer bezoekers toe te laten, dan had iedere bezoeker een vaste zitplaats moeten krijgen. “Dan zou je ook hebben moeten handhaven dat iedereen op die plek bleef zitten”, legt Hamove-voorzitter Fred Versteege uit. “Dat hadden wij niet kunnen waarmaken. Dit was voor ons de enige optie.”

Het zorgt voor bijna surrealistisch verschil in de beleving aan de verschillende zijden van het circuit. In de Boschbocht – de bocht die het dichtst bij Hengelo ligt – is er vrijwel niets te merken van het feit dat er elders langs de baan geen publiek zit. “Ik vind het hier zelfs mooier dan andere jaren”, zegt Michel Decanije. “Met die volle tribune erbij, dat geeft veel sfeer.”

Op het rennerskwartier nabij de Varsselse molen lopen enkel rijders, aanhang en begeleiders van de verschillende teams rond. Daarnaast zijn het Hamove-leden en hier en daar een fotograaf. Van veel sfeer is geen sprake. “Het voelt allemaal heel dubbel”, zegt voorzitter Versteege. “De rijders zijn enthousiast, je krijgt schouderklopjes en iedereen is blij dat we de races weer kunnen organiseren. Aan de andere kant: je mist wel iets.”

Dat er hier geen publiek rondloopt, betekent wel dat de rijders tussen de races door meer rust hebben. Geen handtekeningen- of selfiejagers of bekenden die langskomen voor een praatje. Zo is er bij de tent van Superbikerijder Joey den Besten uit Borculo helemaal niemand te bekennen. “Ergens is die extra rust ook wel fijn”, geeft Den Besten toe. “Ik kan me nu meer concentreren op het rijden.”

Desondanks genoot de thuisrijder na afloop van zijn eerste race in het IRRC Superbike van het vele publiek in de Boschbocht. “Het zit daar helemaal vol, dat is gewoon gaaf”, vertelt hij. “Het is mooi om te zien dat de mensen ondanks de restricties toch de moeite hebben genomen om te komen kijken. En volgens mij hebben ze wel waar voor hun geld gehad, want het was een behoorlijk spektakel. Daar in die bocht gebeurde het.”

Ook Bart Jansen (41) en zijn vrienden zagen de vele crashes als gevolg van een oliespoor. Met vier man zijn ze vanuit Ermelo op de motor naar Hengelo gekomen. Dat doen ze al zo’n vijftien jaar. “Straatraces, dat blijft het mooiste dat er is”, vindt Jansen, die niets begrijpt van de maatregelen die voor de beperkingen rondom het circuit zorgen. “Maar ze laten iets doorgaan, dat is al heel wat. En het is super georganiseerd.”

Friedrich Römbke uit het Duitse Minden komt al sinds de jaren tachtig naar de wegraces in Hengelo. Waar het gros van de kaarten online verkocht werd, heeft hij hier aan de kassa nog een kaartje kunnen kopen. Nu geniet hij volop. “Normaal spreken we altijd veel bekenden in het rennerskwartier”, vertelt Römbke. “Dat gaat nu niet. Dat is jammer, maar in Duitsland hebben we ook met de coronamaatregelen te maken, het is niet anders.”

Na afloop van de tweede en laatste IRRC Superbike-race parkeert Joey den Besten zijn Suzuki zondagmiddag tegen het hek in de Boschbocht. Hij klimt eroverheen om vrienden en familie te begroeten en een klein biertje te drinken. De dag zit er bijna op. Menigeen keert huiswaarts. Michel Decanije en Sven Tabor nog niet. Zij blijven zitten voor de slotrace, die van de zijspannen. Decanije: “We waren hier als eerste, we gaan als laatste weer naar huis.”

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant